Smeermiddelen in de Noordmolen
De kammen en staven
De kammen en staven worden gesmeerd met bijenwas. Stukken bijenwas worden verwarmd in een pannetje m.b.v. een föhn totdat de was voldoende vloeibaar is, vooral niet laten koken.
M.b.v. een kwast de drukzijde van de kam en staaf insmeren, bij krap passende kammen en staven (dollen) ook de legzij. Het smeren moet beslist heet gebeuren, dan pas trekt de was in het hout en zet zich vast op de kam. Andere methoden van smeren maken het hout op den duur zacht.
Lagers waterrad De stalen astappen van de as van het waterrad, draaien zowel buiten als binnen in een stalen halslager. Deze worden gesmeerd met vet, in ons geval het buitenlager met Shell Barbatia Grease 4. Dit is een universeel vet en is bestand tegen water.
De astap van de waterrad as binnen in de molen draait in een houtenlager dat voorzien is van een inlage van staal. Omdat het binnen lager niet met water in aanraking komt wordt deze met reuzel gesmeerd.
Reuzel of smout is dierlijk vet, voornamelijk afkomstig van de varkensbuik. Reuzel wordt verkregen door het spek te smelten. Wat overblijft, is het gesmolten vet en niet-smeltbare restjes, de zogenaamde kaantjes. Reuzel afkomstig van niervet heeft de beste smeereigenschappen. Vet van runderen en schapen wordt talg genoemd.
Wentelas (koningsas) De houten astap (diameter is groter dan de stalen astap boven de kollergang) van de wentelas aan de waterzijde is voorzien van stalen schenen en draait in een blauwe hardsteen (kalksteen), het zgn. arduin. Deze schenen zijn m.b.v. schroeven met verzonken kop vastgezet in het hout. De houten dammetjes tussen de schenen dragen niet, want die zijn veel minder slijtvast dan de schenen.
Aan de zijde boven de kollergang draait de geheel stalen astap van de wentelas ook in een arduin lager. Hier is het arduin ingelaten in de eiken balk die vast gebout is aan de gebintbalk. Het smeren van beide astappen gebeurt ook hier met reuzel.
Kollersteenassen In de Noordmolen hebben we een kollergang met een gedeelde as, de as zit vast in een houten bus die in het vierkante gat van de kollersteen (kantsteen) is gezet. Aan de buitenkant van de steen draait de as in een sleufgat-lager van het steenoor om de kollersteen ruimte te geven bij het omhoog of omlaag gaan en aan de binnenkant in een lagergat (poort) in de steenspil. Het smeren gebeurt ook hier met reuzel.
Steenspil De steenspil (as van de kollergang) wordt aan de onderkant gelagerd in een taats. De stalen astap van de steenspil zit d.m.v. een bus in het steengat van de ligger. De astap van de steenspil draait in een taatslager, het geheel ligt in een oliebad gevuld met (ricinusolie) wonderolie.
Wonderolie, ricinusolie of castorolie is een plantaardige olie die wordt gebruikt voor diverse huis-tuin-en-keuken-toepassingen. Wonderolie is gemaakt van de vrucht van de wonderboom.
De bovenzijde van de steenspil is de astap gelagerd d.m.v. een axiaal/glijlager. De stalen astap draait deels in een eikenhouten balk, die bevestigd is aan de gebintbalk, en deels in pokhouten neuten, vastgezet met een poortplaat. Dit lager wordt ook gesmeerd met reuzel.
Roerwerkas De houten-astap van de roerwerkas is bij de wentelas gelagerd in arduin. Boven de vuister is de astap van de roerwerkas ook gelagerd in arduin. De beiden astappen zijn voorzien van stalen schenen. Beide lagers worden gesmeerd met reuzel.